Dit keer in straat van de maand, de Wijnstraat. De deftige panden uit de 16e & 17e eeuw in deze straat tonen nog steeds hun rijkdom. Maar ook kent het zijn achterstallige onderhoud, wat zonde is.

Tot het einde van de 17e eeuw was de wijnhandel een erg belangrijke inkomst in Dordrecht.


De handel in wijn had Dordrecht te danken aan het beroemde stapelrecht. In 1299 bepaalde graaf Jan I dat alle wijn die vanuit Duitsland de Rijn afkwam, eerst in Dordrecht uitgeladen moest worden en acht dagen ter verkoop moest liggen. Pas daarna mocht de wijn eventueel weer ingeladen worden en verder verkocht.

Bijna elk huis tussen het Groothoofd en het Scheffersplein had wijnkelders. Maar ook op de rivier voor Dordrecht werd handel gedreven. Er waren in de stad te weinig pakhuizen om de wijn op te slaan en dus bleef veel wijn gewoon in de schepen liggen.

Dordrecht was in de 14de en 15de eeuw waarschijnlijk de grootste wijnimporteur en exporteur van Europa.

In de 18de eeuw liep de wijnhandel terug door verbeterde botteltechnieken. Het was goedkoper de wijn in het land van herkomst in flessen te doen en rechtstreeks naar de consumptielanden te vervoeren. Na 1795 was het helemaal afgelopen. De Franse bezetters schaften het stapelrecht af, waardoor wijnhandelaren niet meer gebonden waren aan Dordrecht en trokken weg. Wat bleef in Dordrecht waren de vele wijnkelders; maar wel leeg.

Wat ook nog wel een leuk weetje is, is dat vermoedelijk het oudste pand in Dordrecht gevestigd is in de Wijnstraat ter hoogte van nummer 113, ook wel ’t Zeepaert. Het is de oudste zichtbare gevel in de stad, ofwel een eerlijk monument zonder masker. Het pand dateert uit 1495 en zowel van binnen als van buiten is dit zichtbaar. Oke, ’t Zeepaert is misschien niet het oudste pand van Dordrecht, maar tot het tegendeel bewezen is gaan we hier maar vanuit.